1. Waarom werden de doden gemummificeerd?
2. Was dat eigenlijk wel nodig?
3. Beschrijf hoe dat mummificeren ging.
4. Wat kregen de doden mee in het graf. Waarom was dat?
5. Maak een spannend verhaal, waarin één of meerdere mummies in voorkomen. Maak er ook een mooie tekening bij. Je mag ook een stripverhaal maken.
6. Doe de mummie-proef. Hiervoor heb je een appel en een sinaasappel nodig, een pot zout en een grote pot die je kunt afsluiten. Maak in de appel een gezicht. De sinaasappel pulk je zoveel mogelijk leeg. Daarna vul je hem op met watten. Prik beide vruchten op een saté-prikker, zodat hoofd en romp aan elkaar zitten. Doe dit alles in de grote pot. Zout erbij en goed afsluiten. Dit moet 30 dagen staan. Nu alleen nog verband erom wikkelen en klaar is de mummie.
Knutselopdrachten (niet verplicht)
1. Maak een sarcofaag.
2. Maak een amulet.
3. Maak een gipsreliëf.