Aan de Noordkant van Ameland vind je veel duinen. Dit zijn kleine bergen zand, die het land beschermen tegen hoog water. Droog zand vanaf het strand wordt door de wind weggeblazen. Pas waar luwte (geen wind) is, kan het zand weer neervallen. Achter een plant, achter aanspoelsel of achter een heuveltje. Het kan zelfs opwaaien tot een duin.
De duinen zijn van groot belang als kustverdediging. Ze voorkomen dat de zee het land binnendringt en overstroomt. Bovendien zijn het kostbare natuurgebieden.
Er wordt daarom veel gedaan om de duinen in stand te houden. Waar duinen smal zijn, worden ze versterkt met stenen en met rijen palen in het water. Die palen zijn dan golfbrekers.
Op sommige plekken zijn de zwakke duinen vervangen door zeedijken.
Los zand waait weer weg van de duinen. Ook nemen de golven weer zand mee. Om dit te voorkomen worden er planten aangeplant met diepe wortels. Daarvoor wordt vooral helm gebruikt. De wortels van dit gras houden het zand vast dat anders weer door de wind zou worden weg geblazen.
Heel belangrijk zijn de duinen voor drinkwatervoorziening. Door de drinkwaterbedrijven wordt zuiver grondwater van onder de duinen opgepompt. Dit water is niet zout. We noemen het zoet water. Het gaat als drinkwater door buizen naar de huizen van de mensen.