Ongeveer vier miljard jaar geleden was de aarde nog een gloeiend hete bol. Er zweefde water als damp omheen. Toen het begon af te koelen op aarde veranderde de waterdamp in water en begon het te regenen. Miljoenen jaren regende het achter elkaar, zo ontstond er één grote oceaan op aarde. De hoogste delen van de aarde kwamen niet onder water te staan, dit was een groot stuk land. Al het land zat aan elkaar vast en noemt men Pangea.
Zo zag de aarde er ongeveer 250 miljoen jaar geleden uit.
180 miljoen jaar geleden begon de aardkorst te scheuren.
Door beweging en verschuiving in de aardkorst begonnen
de delen van Pangea uit elkaar te schuiven.
Zo’n 20 miljoen jaar geleden begon de aarde er pas uit te
zien zoals het nu is. Nog steeds houdt het schuiven van de
aardkorst niet op, de korst blijft heel langzaam bewegen.
Door het verschuiven van de landen en zeeën verandert de aarde. Maar ook het klimaat op aarde verandert regelmatig. Dan is het weer enkele duizenden/miljoenen jaren heel warm op aarde, de volgende periode van duizenden jaren wordt het weer veel kouder. Door deze wisselende klimaten zijn er veranderingen in de vormen van landen en zeeën.
Ongeveer 10.000 jaar geleden, tijdens de laatste ijstijd lagen Engeland en Nederland nog aan elkaar vast, het was één groot land. In het koude en droge klimaat voerde de wind vanuit het noorden veel zand aan. Dit zand vormde ‘bergjes’ waaruit later (zandbanken) de stranden en de duinen in Noord-Nederland zijn ontstaan.
Na deze ijstijd werd het klimaat weer warmer, dit was het tijdperk van het Holoceen, waardoor het ijs smolt en grote delen laag liggend land verdwenen onder water.
Engeland en Nederland lagen nu niet meer aan elkaar, de Noordzee is ontstaan.
Door de eb en vloed wordt er veel zand aangevoerd aan de kust. Bij vloed neemt het water zand mee en bij eb blijft het liggen op het strand, zo ontstaan zandbanken. Op de plekken waar het water ook bij hoogwater niet meer over de zandbanken heen komt ontstaat plantengroei (in de duinen vaak helmgras). Planten houden het zand met hun wortels vast. Tussen het helmgras en achter de zandbanken blijft het zand, aangevoerd door de wind liggen. Zo ontstaan na duizenden jaren duinen uit de zandbanken.
Nederland ongeveer 3700 jaar geleden | Nederland ongeveer 1900 jaar geleden |
Ongeveer 7000 jaar geleden is op deze manier de duinenrij van België tot aan Hamburg (Duitsland) gevormd.
De zeespiegel bleef afwisselend stijgen en dalen. Door een stijging van de zeespiegel werden duinen op enkele plekken weer overspoeld. Vlak voor onze jaartelling overstroomden delen van de Noordelijke duinen en het land erachter. De hoogste duinen werden niet overspoeld. Hieruit zijn de Waddeneilanden ontstaan.
Het laagland achter de duinen werd een ondiepe zee, de Waddenzee, die bij laagwater ‘droog’ komt te liggen.
Ook de duinenrij bij Noord- en Zuid- Holland had te maken met de stijgende zeespiegel. Deze duinen werden beschermd door de mensen en zijn dus grotendeels behouden.
De getijden van de zee werken ook nu nog steeds door in aanvoer van zand. Aan de ene kant van de eilanden komt het water steeds verder het land op en aan de andere kant groeit er weer een stuk land aan door aanvoer van zand door de zee.
Onbewoonde waddeneilanden/zandbanken zijn; 1.Noorderhaaks; 2.Richel; 3.Griend; 4.Rif; 5.Engelmansplaat; 6. Simonszand; 7. Rottumerplaat; 8. Rottumeroog.
Een zandbank wordt een eiland genoemd als +/- 160 hectare niet meer wordt overspoeld door de zee.