De geschiedenis van de kentekenplaat
Twee jaar na de eerste auto in Nederland werden de eerste kentekenplaten, die toen nog rijvergunningen heten, in 1898 op een aantal auto's gemonteerd. Daarmee was Nederland het eerste land in de wereld dat een nationaal nummerbord introduceerde.
De eerste reeks kentekenplaten liep van 1 tot en met 14, waarbij het gekkengetal 11 werd overgeslagen.Voortaan moesten auto en bestuurder over zowel een rijbewijs als een nummerbewijs beschikken. Dit nummerbewijs, zeg maar de nieuwe kentekenplaat, werd volgens een provinciaal systeem opgezet. Alle provincies kregen een eigen letter. Dit systeem heeft tot na de tweede wereldoorlog gefunctioneerd.
De eerste reeks kentekenplaten liep van 1 tot en met 14, waarbij het gekkengetal 11 werd overgeslagen.Voortaan moesten auto en bestuurder over zowel een rijbewijs als een nummerbewijs beschikken. Dit nummerbewijs, zeg maar de nieuwe kentekenplaat, werd volgens een provinciaal systeem opgezet. Alle provincies kregen een eigen letter. Dit systeem heeft tot na de tweede wereldoorlog gefunctioneerd.
Er bestaat ook een andere - veel grappiger - verhaal over het ontstaan van het nummerbord. Dit verhaal vertelt van politieagenten uit het begin van de 20e eeuw, die per fiets surveilleerden. Zodra zo'n agent één van de zeldzame automobielen betrapte op een overtreding, ging hij stevig op de pedalen staan. Hij haalde de auto al fietsend in, dwong de bestuurder te stoppen en slingerde de overtreder op de bon. Maar de techniek werd steeds beter en de auto's gingen steeds harder rijden. De agent moest daarvoor steeds harder trappen om de overtreder in te halen. Toen de auto's zo hard reden dat de agent de auto niet meer in kon halen, bedachten ze de nummerplaat.Voortaan kon de agent zijn opschrijfboekje pakken, het nummerbord opschrijven en zijn fiets rustig aan de kant laten staan.
De eerste kentekennummers waren gekoppeld aan een provincie, omdat de automobilisten in het begin meestal binnen de provincie bleven. Maar het verkeer ging steeds meer over de provinciegrens heen en men besloot de administratie landelijk, op een centrale plaats te regelen. Dat was het ontstaan van de RDW (toen nog de Rijksdienst voor het Wegverkeer). Pas in 1951 werd het kentekensysteem - zoals wij die nu kennen - ingevoerd met de combinatie van driemaal twee letters of twee cijfers.
De eerste kentekennummers waren gekoppeld aan een provincie, omdat de automobilisten in het begin meestal binnen de provincie bleven. Maar het verkeer ging steeds meer over de provinciegrens heen en men besloot de administratie landelijk, op een centrale plaats te regelen. Dat was het ontstaan van de RDW (toen nog de Rijksdienst voor het Wegverkeer). Pas in 1951 werd het kentekensysteem - zoals wij die nu kennen - ingevoerd met de combinatie van driemaal twee letters of twee cijfers.
Bij de nieuwe series werd begonnen met de twee letters voor de vier cijfers te plaatsen. Het eerste kenteken dat werd afgegeven was ND-00-01.