De dunne darm
Tadaaa !!! Welkom in de dunne darm. Je dunne darm is eigenlijk een slimme tuinslang van zo`n 6 meter (!) lang. Hij doet waar het eigenlijk om gaat: voedsel naar je bloed brengen.
Het bloed stuurt dat dan weer door naar de alle organen, die het weer gebruiken als brandstof.
Organen zijn belangrijke onderdelen van je lichaam, zoals je longen, je hart en je nieren. En zij hebben heel wat brandstof nodig hoor!
Maar eerst moet het voedsel nog wat verder verteerd worden. Dus ook hier komen er weer sappen bij die het eten nog weer verder afbreken in nog kleinere stukjes.
Het vet dat in je eten zit, moet apart worden afgebroken. Daar heb je geel sap voor nodig, dat heet Gal. Gal wordt gemaakt in de lever en wordt bewaard in de galblaas.
Je lichaam is dus wel erg druk met het verwerken van al dat voedsel, maar nu krijgt het er eindelijk wat voor terug. Na de hele reis die het voedsel heeft afgelegd, kan het lichaam eindelijk gebruik maken van alle nuttige stoffen die erin zitten. Het lichaam krijgt nu dus energie van het voedsel.
Maar hoe haalt de dunne darm die energie er nou uit?
Als je in je dikke darm zou kijken, dan zie je dat de wanden ervan erg geplooid zijn (niet glad, maar erg bobbelig dus) En als je `m plat zou strijken, dan zou ie zo groot zijn als een tennisveld!
Maar hij is niet plat, hij zit vol bochten en kronkels. En in al die kronkels zitten bloedvaten.
Als het eten goed verteerd is, gaat het door de wanden zo de bloedvaten in, waardoor het in je bloedbaan komt.
Zo, dat was `t dan, zou je denken. Het eten is opgenomen in m`n lichaam; Klaar!!!
Tja, maar wat doen we met de restjes die je lichaam niet kan gebruiken? Die moeten toch ook nog weer het lichaam uit? Op naar Station 5 dus!