Opdrachten bij het oog

1. Maak van papier maché een doorsnede (alsof je het oog doormidden snijdt) van een oog. 

    Laat zoveel mogelijk onderdelen van een oog zien.

2. Maak je eigen film. Teken plaatjes achter elkaar, waarin iedere keer iets verandert. Door deze plaatjes snel achter elkaar te zien, maak jij je eigen filmpje.
3. Hoeveel spreekwoorden kun jij vinden waarin het woord “oog” voorkomt? Schrijf ook de betekenis erbij op. Tip: gebruik het spreekwoordenboek.

Proefjes:
1. Blinde vlek:
Je kan zelf je blinde vlek op zoeken met dit proefje.
1. Sluit je linkeroog en ga met je gezicht op ongeveer 50 cm van het beeldscherm af zitten.
2. Kijk nu recht naar de zwarte stip.
3. Kom nu heel langzaam dichterbij, blijf recht naar de stip kijken. Op een gegeven moment zal je het plus teken niet meer kunnen zien. Deze valt dan precies op je blinde vlek.
testje blindevlek1

Waarom heb je normaal geen last van je blinde vlek als je ergens naar kijkt?
- de blinde vlek valt normaal gesproken buiten het gezichtsveld
- je rechteroog geeft het stukje door wat op je linkeroog op de blinde vlek valt en andersom
2. Zien met hoge snelheid

Je kijkt met je ogen, maar je hersenen doen ook mee.
In dit proefje kun je je hersenen een beetje foppen, waardoor je rare dingen ziet.

Stappen:
1. rol het vel papier op tot een rol met een doorsnede van ongeveer 3 cm.

2. hou de rol in je rechterhand.
3. kijk naar iets een paar meter voor je en blijf er naar kijken.
4. doe de rol papier voor je rechteroog en blijf erdoorheen naar
het voorwerp kijken.
5. doe langzaam je linkerhand gestrekt 20 cm voor je linkeroog.
6. houd je linkerhand tegen de rol papier.

Het lijkt net of je door een gat in je hand naar het voorwerp voor je kijkt.
Je hersenen maken van wat je met je twee ogen ziet één plaatje. Als je twee ogen verschillende dingen zien, dan gebruiken ze van allebei een beetje om het plaatje te maken. Met je linkeroog zie je je hand, maar met je rechteroog zie je het voorwerp ver weg. Je hersenen maken daar een plaatje van alsof je door je hand heen kijkt!

3. Maak zelf een oog na.
proefje oog1